Iemand met hooikoorts is overgevoelig voor bepaalde soorten stuifmeel van grassen, planten of bomen. Stuifmeel wordt ook wel pollen genoemd.

De klachten treden op in de bloeitijd van grassen, planten en bomen. Bomen bloeien eerder dan grassen. Daarom krijgen mensen met een allergie voor boomstuifmeel al vroeg in het jaar (februari-maart) klachten, terwijl mensen met een allergie voor grasstuifmeel later in het jaar (mei-juni) last krijgen.

Sommige mensen hebben het hele seizoen last van hooikoorts, anderen af en toe een dagje. Het stuifmeel verspreidt zich in de lucht, vooral op zonnige, winderige dagen. De hooikoorts kan dan erger worden.

Zodra de ogen, neus, mond, keel of luchtpijp van iemand met hooikoorts in aanraking komen met het stuifmeel, raken de slijmvliezen geprikkeld. Dit kan dan klachten van een jeukende of verstopte neus geven, maar ook jeukende ogen.

Wat u kunt doen bij hooikoorts

U kunt niets doen om hooikoorts te genezen. Wel kunt u proberen contact met stuifmeel zoveel mogelijk te vermijden.

  • Houd er rekening mee dat vooral op zonnige en winderige dagen er veel stuifmeel in de lucht zit.
  • Als prikkels vermijden niet mogelijk is of niet genoeg helpt, kunt u medicijnen gebruiken. Het medicijn zit in een neusspray of in een tabletje. Veel hooikoorts middelen zijn zonder recept verkrijgbaar. Van sommige tabletjes kan wel iets van dufheid ontstaan.